Een beveiligde graafmachine moet worden ingezet wanneer:
- verdachte objecten worden benaderd die handmatig niet kunnen worden opgegraven.
- verstoorde gebieden laagsgewijs worden ontgraven, omdat enkel de bovenlaag van 20 à 30 cm kan worden gevrijwaard en niet de onderliggende laag. Hierdoor bestaat een kans op roeren of toucheren van mogelijke explosieven in de laag onder de te ontgraven laag. Dit wordt veelal tegen gegaan door een dunnere laag te ontgraven dan die door de OCE deskundigen zijn onderzocht.
- munitie-verdachte gebieden “blind” worden ontgraven. “Blind” ontgraven wil zeggen dat er vooraf aan het ontgraven geen detectie en handmatige benadering kan worden uitgevoerd naar kleinere munitie en/of explosieven, waardoor het risico van een vroegtijdige detonatie voor 100% aanwezig is.